Als je als verkoper niet weet dat een product nagemaakt is, maak jij dan toch auteursrechtinbreuk?

Het antwoord op deze vraag luidt ja. Als verkoper ben je er in principe zelf voor verantwoordelijk dat de producten die je verkoopt geen inbreuk maken. Maar als je als verkoper van niks wist, dan wil dat niet zeggen dat je altijd met lege handen staat. Lees daar hieronder meer over.

origineel en namaakAls je je net zoals wij veel bezighoudt met het intellectuele eigendomsrecht, dan kun je eigenlijk niet meer normaal de stad in of reclamefolders doorbladeren. Altijd zie je wel producten voorbijkomen die in meer of mindere mate inbreuk lijken te maken op “het origineel”.

Deze week hadden wij het omgekeerde. Afgelopen zaterdag zaten wij nog in een Ball Chair en drie dagen later lazen we een uitspraak over de auteursrechten op deze stoel.

Weliswaar is de uitspraak gewezen door een Antwerpse rechter, maar wij menen dat een Nederlandse rechter precies zo geoordeeld zou (moeten) hebben. Bovendien wordt door de gedaagde partij een verweer gevoerd dat wij in Nederland ook vaak voorbij zien komen. De verkoper stelde namelijk dat hij niet wist dat het product dat hij had ingekocht, inbreukmakend was.

In Nederland (en blijkbaar ook in België) houdt zo’n verweer zelden stand. In dit weblog gaan wij daar verder op in en lichten wij de belangrijkste punten van deze uitspraak toe.

Wat was er aan de hand?

De Ball Chair is in 1998-1999 ontworpen door de heer Johnstone. Samen met de exclusieve producent van de Ball Chair, XL BVBA, is hij een procedure begonnen tegen de Belgische onderneming Alterego. Alterego bracht de BUDA op de markt.

Volgens Johnstone en de producent maakt de BUDA inbreuk op de auteursrechten op de Ball Chair.

De BUDA maakt inderdaad inbreuk op de auteursrechten van de Ball Chair

De Antwerpse rechter oordeelt dat de Ball Chair een auteursrechtelijk beschermd werk is. Daartoe moet er op grond van Europese rechtspraak sprake zijn van een ‘eigen intellectuele schepping’ van de maker. De auteur dient op een oorspronkelijke wijze uitdrukking te geven aan zijn creativiteit.

Volgens de rechter voldoet de Ball Chair aan deze voorwaarden en wijst daarbij op de volgende kenmerken van de stoel:

  • de onvolmaakte bolvorminge vormgeving met afgeplatte onderkant;
  • de uitsnijding voor het zitvlak, gekenmerkt door vloeiende lijnen die zich inschrijven in de bolvormgeving.

Volgens de rechter is de mate van kunstzinnige of artistieke waarde geen criterium om te bepalen of een werk al dan niet auteursrechtelijke bescherming geniet. Dit is in Nederland ook zo. Een schilderij met een prijskaartje met drie nullen moet aan exact dezelfde criteria voldoen als een schets die op een bierviltje in een café werd gekrabbeld.

De rechter is verder van mening dat de hierboven genoemde elementen die aan de Ball Chair haar oorspronkelijk karakter geven, zijn overgenomen in de BUDA.

Weliswaar is de uitsnijding van het zitvlak iets anders bij de BUDA, maar volgens de rechter valt dat alleen op als je beide stoelen naast elkaar zet. Omdat de globale beoordeling (in Nederland wordt dit de ‘totaalindruk’ genoemd) van de twee stoelen identiek is, moet Alterego stoppen met de verhandeling van de BUDA en moet zij de proceskosten van de eisende partijen betalen.

Ik was te goeder trouw!

Alterego voert in de procedure nog het verweer dat zij de stoelen te goeder trouw heeft verhandeld en dat zij niet wist dat de stoelen die zij bij haar Chinese leverancier had ingekocht, inbreukmakend waren. Dit verweer wordt door de Belgische rechter niet gehonoreerd.

Ook in Nederland is een dergelijk verweer zelden succesvol. Als een verkoper producten op de markt brengt, dan kan hij in principe zelf door de rechthebbende worden aangesproken wegens auteursrechtinbreuk. Dit is ook zo als de verkoper niet wist dat het product was nagemaakt of de leverancier misschien zelfs nog had gevraagd of het wel goed zat met de rechten op het product.

Volgens Nederlandse rechters ben je er (zeker als professionele partij) zelf verantwoordelijk voor om te controleren dat je geen producten verkoopt die inbreuk maakt op de rechten van anderen.

Maar dat wil niet zeggen dat je helemaal niks meer kunt doen als je als verkoper wordt aangesproken wegens inbreuk terwijl je dat helemaal niet wist of behoefde te weten. De schade die je daardoor lijdt, kun je in bepaalde gevallen verhalen op de partij die jou die stoel heeft verkocht. Dit gaat natuurlijk niet op als je een stoel met de naam ‘namaak Le Corbusier’ of ‘Panton Chair replica’ hebt besteld. De stoel beantwoordt in dat geval niet aan de eigenschappen die je daarvan mocht verwachten – je kunt hem immers niet verkopen. Het is, om het eens juridisch uit te drukken, een non-conforme zaak.

Meer weten over auteursrecht en inbreuk? Neem dan geheel vrijblijvend contact met ons op.

Lees de uitspraak hier op IE-Forum.

Dit bericht is geplaatst in Auteursrecht, Intellectuele Eigendom met de tags , , , , , , , , , . Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *